Buurvrouw 341
Ik had haar verzoek natuurlijk kunnen weigeren. We hadden elkaar immers, in de drie jaren dat ik tegenover haar woonde, slechts twee keer gesproken. Het eerste contact vond plaats, twee dagen na mijn intrek in mijn appartement. Ik wilde me aan haar voorstellen en haar uitnodigen voor een nadere kennismaking. Ik belde aan, maar er werd niet opengedaan. Kennelijk was ze niet thuis. Ik overwoog nog een keer te bellen, maar besloot het op een ander tijdstip opnieuw te proberen. Toen hoorde ik geschuifel achter de voordeur en het getik van een stok. ‘Wie is daar?’ klonk het even later, zacht en een beetje bibberig. Ik boog me naar de deur en sprak met luide stem: ‘Uw nieuwe overbuurman, ik wil even kennis met u maken’. ‘Ik heb nu geen tijd’, was haar reactie, en ik hoorde haar weg schuifelen van de deur. ‘Zal ik een andere keer terugkomen’, riep ik haar achter na. Het schuifelen hield op, en toen klonk het, tamelijk gedecideerd: ‘Schrijf maar een kaartje.’ Even later hield het schuifelen op en hoorde ik een deur dichtslaan.